“Op 22 april 2025 heeft de Hoge Raad het vonnis van de rechtbank Rotterdam, waarin de rechtbank had besloten dat de uitlevering van cliënt naar de Verenigde Staten toelaatbaar is, vernietigd. Door Pamela van Dongen zijn in cassatie meerdere klachten naar voren gebracht.
De eerste klacht ging om het volgende. Door de advocaat is bij de rechtbank op meerdere momenten pleidooi gehouden. De volledige versie van één van de pleitnota’s ontbrak in het cassatiedossier. Daarom valt niet meer na te gaan welke verweren zijn gevoerd en welke verzoeken zijn gedaan. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het cassatiemiddel slaagt, omdat de Hoge Raad niet kan beoordelen of de rechtbank op alle punten (begrijpelijk) heeft gereageerd.
Het vonnis van de rechtbank is vernietigd. Daarnaast heeft de Hoge Raad cliënt opgeroepen op een zitting bij de Hoge Raad, om te worden gehoord over het verzoek tot zijn uitlevering.
De uitspraak van de Hoge Raad is (nog) niet gepubliceerd.”